Begininstellingen
Aan/uit zetten van de dimmer
Om te voorkomen dat het display's nachts te
licht wordt, zal het display automatisch worden
gedimd wanneer u de koplampen van de auto
aan zet. U kunt de automatische dimmer aan of
uit zetten.
1 Druk op
FUNCTION
Druk herhaaldelijk op
FUNCTION
op het display verschijnt.
aan of uit met 5/∞.
2 Zet
DIMMER
Door op 5/∞ te drukken schakelt u
naar keuze aan of uit, hetgeen op het display zal
worden aangegeven. (bijv.
Instellen van de achter-uitgang
De achter-uitgangsaansluiting (de
uitgangsaansluiting voor de achter-luidsprekers
en de RCA (tulp) uitgangsaansluiting) kan
worden gebruikt om een luidspreker met het
volle bereik op aan te sluiten, of een subwoofer.
Als u de achter-uitgang instelt op gebruik met
een subwoofer, kunt u een snoer voor een
achter-luidspreker direct aansluiten op een
subwoofer zonder een hulpversterker te
gebruiken.
• Als u een subwoofer aansluit op de
achter-uitgangsaansluiting, dient u deze in te
stellen voor gebruik met een subwoofer.
• Ook als u deze instelling heeft veranderd, zal
er geen uitgangssignaal geproduceerd
worden als u niet ook het uitgangssignaal
voor de subwoofer inschakelt (raadpleeg
Gebruiken van het subwoofer uitgangssignaal
op bladzijde 47).
• Via deze instelling worden zowel het
uitgangssignaal voor de achter-luidsprekers
als dat voor de RCA achter-aansluitingen
omgeschakeld.
en selecteer
.
DIMMER
tot
DIMMER
DIMMER
).
DIMMER :ON
1 Druk op
FUNCTION
Druk herhaaldelijk op
FUNCTION
op het display verschijnt.
2 Kies tussen een luidspreker met het volle
bereik of een subwoofer met 2/3.
Door op 2/3 te drukken kunt u kiezen tussen
(luidspreker met vol bereik) en
REAR SP :FUL
(subwoofer), hetgeen op het
REAR SP :S/W
display zal worden aangegeven.
Instellen van de digitale demping
Wanneer u luistert naar een CD of een andere
signaalbron met een hoog opnameniveau, is het
mogelijk dat een te hoge instelling van de
gebruikte equalizercurve leidt tot vervorming
van het geluid. U kunt de digitale demping op de
lage stand zetten om de vervorming te
verminderen.
• De geluidskwaliteit is beter bij de hoge
instelling zodat meestal die instelling zal
worden gebruikt.
1 Druk op
FUNCTION
Druk herhaaldelijk op
FUNCTION
op het display verschijnt.
2 Kies tussen high (hoog) of low (laag) voor
met 2/3.
DIG.ATT
Door op 2/3 te drukken kunt u kiezen tussen
high (hoog) of low (laag) voor
op het display zal worden aangegeven (bijv.
).
DIG.ATT :H
en selecteer
.
REAR SP
tot
REAR SP
en selecteer
.
DIG.ATT
tot
DIG.ATT
, hetgeen
DIG.ATT
Du
Hoofdstuk
11
51