4.3. Reparatie
• Neem contact op met de klantenservice, indien:
− het netsnoer geschroeid of beschadigd is,
− vloeistof in het apparaat is binnengedrongen,
− het apparaat niet correct functioneert,
− het apparaat is gevallen of de behuizing beschadigd is.
• Laat reparaties aan het apparaat uitsluitend uitvoeren door
gekwalificeerd personeel.
4.4. Omgevingstemperatuur
• Het apparaat kan worden gebruikt bij een omgevingstempe-
ratuur van 0 °C tot 35 °C en een relatieve luchtvochtigheid tot
80% (niet-condenserend).
• In uitgeschakelde toestand kan het apparaat worden opge-
slagen bij een temperatuur tussen -20 °C en +60 °C.
GEVAAR!
Gevaar voor een elektrische schok!
Bij grote schommelingen in temperatuur of luchtvoch-
tigheid kan er door condensatie vochtvorming optre-
den die kortsluiting kan veroorzaken.
Wacht nadat u het apparaat heeft vervoerd met
de ingebruikname totdat het apparaat zich aan de
omgevingstemperatuur heeft aangepast.
54