7.2 Symbolen
Lees de
gebruiksaanwij zing
Let op
Bescherming tegen elektri-
sche schokken (type BF)
Verwerkingsadvies
8. Belangrij ke adviezen
8.1 Medicij nen
Het zelf meten van de bloeddruk
betekent niet dat u deze zelf moet
gaan behandelen! Interpreteer de
meetwaarden daarom niet zelf en
ga uzelf niet op basis van deze
waarden behandelen. Voer de
metingen uit volgens het advies van
uw arts en vertrouw op
zij n/haar diagnose. Neem medicij -
nen in volgens het voorschrift van
uw arts en verander nooit zelf iets
aan de dosering. Bepaal samen met
uw arts wat het beste tij dstip is om
uw bloeddruk te meten.
Nederlands
8.2 Zwangerschap
De bloeddruk kan tij dens de
zwangerschap variëren. Als de
bloeddruk verhoogd is, is regel-
matige controle van groot belang
omdat een verhoogde bloeddruk
in bepaalde gevallen invloed kan
hebben op de ontwikkeling van de
foetus. Bespreek daarom met uw
arts of, en zo ja wanneer, u zelf uw
bloeddruk moet meten.
8.3 Diabetes en andere
aandoeningen
In geval van diabetes, leverfunctie-
stoornissen of vaatvernauwingen
(bij v. arteriosclerose en perifeer
vaatlij den) moet u, voordat u zelf
uw bloeddruk gaat meten, contact
opnemen met uw arts omdat in
dergelij ke gevallen afwij kende
waarden kunnen worden gemeten.
Als u een bloedziekte (bij v.
hemofi lie) of ernstige doorbloe-
dingsstoornissen heeft, of als u
bloedverdunnende geneesmiddelen
gebruikt, moet u contact opnemen
met uw arts voordat u zelf uw
bloeddruk gaat meten.
8.4 Hartritmestoornissen en
pacemakers
Als u ernstige hartritmestoor-
nissen (aritmieën) heeft moet
zelfmeting van de bloeddruk
alleen na overleg met uw behan-
delend arts plaatsvinden.
Aangezien een oscillometrische
99
NL