Chicco zaino caddy Handbuch Seite 28

• Droog de metalen delen af om roestvorming
te voorkomen.
• Controleer regelmatig de staat van de naden
van schouderbanden en zitting.
ASSEMBLAGE
Monteer de diverse componenten nadat u de
rugzak uit de verpakking heeft gehaald.
1. Hef de kap omhoog tot hij rechtop staat, zo-
dat hij de volgende werkzaamheden niet in
de weg zit.
2. Zet de stang horizontaal totdat u hem aan de
structuur hoort vastklikken.
3. Verzeker u ervan dat de stang goed vastzit.
Controleer voor de zekerheid aan beide kanten of
het zwarte deel van de stang perfect in aanraking
is met de structuurscharnier (zie foto). Druk de
stang enigszins naar beneden om zeker te zijn
dat hij goed vastzit.
4. Haak de stof met de daarvoor bestemde vel-
cro vast aan de binnenkant van de scharni-
eren.
5. Druk op de toets om de achterpoot van de
rugzak te openen en de vergrendelingseen-
heid te doen zakken.
6. Trek de poot naar de achterkant van de rug-
zak toe. De poot wordt automatisch vastge-
zet aan het einde van de slag.
LET OP: De steun mag alleen voor korte stilstand
en niet als kinderstoel gebruikt worden.
7. Aangeraden wordt de poot te sluiten wan-
neer u de rugzak op uw rug draagt. Druk op
de toets en laat de vergrendelingseenheid
zakken.
8. Duw tegen de poot totdat hij geheel dicht
is. De poot wordt automatisch vastgezet aan
het einde van de slag. Nu kunnen we de as-
semblage van de rugzak voltooien.
9. Zet de achterkant vast aan de rugzakscharni-
eren door de steunbuizen aan te brengen als
aangegeven in de figuur.
10. Verzeker u ervan dat de buizen goed vastzit-
ten door te controleren of de vergrendelings-
veren zichtbaar zijn in de externe openingen
en de achterkant naar boven te trekken.
11. Zet de steunen van de tweede kapboog vast
als aangegeven in de figuur.
LET OP: de kap kan niet losgemaakt maar wel
helemaal naar achteren gedraaid worden. Verwij-
der eerst de steunen van de tweede boog om de
kap vrij te maken.
12. Haak de tas / heuptas aan de achterkant van
de rugzak met behulp van de speciale mus-
ketons vast.
KAP
13. De kap kan geopend worden door de boog
aan de voorkant naar voren te trekken.
14. De kap is voorzien van een regencape; be-
vestig deze met de ritssluiting aan de kap.
De regencape heeft luchtopeningen aan de
zijkanten.
LET OP: laat de natte regencape in de open lucht
drogen, alvorens hem in de tas op te bergen.
ZITTING REGELEN
15. De rugzakzitting kan geregeld worden in
twee standen met behulp van drie gespen
aan de achterkant en één aan de voorkant.
16. Draai de gespen 90° om ze los te maken en
verwijder het bovenste deel.
LET OP: "alle" gespen moeten in dezelfde stand
geregeld zijn om de zit horizontaal te houden.
MINIREDUCTOR
17. De rugzak is aan de binnenkant voorzien van
een minireductor voor maximaal zitgemak
van het kind.
LET OP: gebruik de rugdrager nooit zonder mi-
niverkleiner
VEILIGHEIDSGORDELS
De rugdrager is uitgerust met 5-punts veilig-
heidsgordels (schoudergordel, buikgordel, tus-
senbeenstuk)
18. Zet het kind in de rugdrager en zet hem met
de veiligheidsgordels vast.
De veiligheidsgordels zijn op twee standen in ho-
ogte verstelbaar.
LET OP: het gebruik van veiligheidsgordels is no-
dig om de veiligheid van het kind te garanderen.
GEBRUIK VAN DE RUGZAK
19. Zet de rugzak op uw rug, regel de ceintuur
en haak de voorgesp vast.
20. Regel en haak de borstgesp vast om de scho-
uderbanden op de juiste plaats te houden.
28