De accu aanbrengen en verwijderen (zie
afb. 8)
• Schakel het gereedschap altijd uit voordat u de accu
aanbrengt of verwijdert.
• Om de accu te verwijderen, drukt u de knoppen aan
beide zijkanten van de accu in en trekt u tegelijkertijd
de accu van het gereedschap af.
• Om de accu aan te brengen, houdt u de accu zodanig
vast dat de vorm aan de voorkant van de accu past in
de accuplaatsingsopening van het gereedschap, en
schuift u de accu op zijn plaats. Steek de accuadapter
zo ver mogelijk in het gereedschap tot u een klikgeluid
hoort. Als u dit niet doet, kan de accuadapter per
ongeluk uit het gereedschap vallen en u of anderen in
uw omgeving verwonden.
• Oefen geen grote kracht uit bij het aanbrengen van de
accu. Als de accu niet gemakkelijk in het gereedschap
kan worden gestoken, wordt deze niet goed
aangebracht.
Accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is voorzien van een
beveiligingssysteem dat automatisch het
uitgangsvermogen onderbreekt voor een langere
levensduur.
Het gereedschap stopt tijdens het gebruik wanneer het
gereedschap en/of de accu zich in de volgende situatie
bevinden. Dit wordt veroorzaakt door de inwerkingtreding
van het beveiligingssysteem en duidt niet op een defect
van het gereedschap.
• Bij overbelasting van het gereedschap:
Als dit het geval is, laat u de aan/uit-schakelaar los,
heft u de oorzaak van de overbelasting op en knijpt u
daarna de aan/uit-schakelaar weer in om weer te
beginnen.
• Als de resterende acculading laag is:
Laad de accu op.
De zaagdiepte instellen (zie afb. 9)
LET OP:
• Zet de klemschroef altijd stevig vast nadat u de
zaagdiepte hebt ingesteld.
Draai de klemschroef van de dieptegeleider los en
beweeg de zool omhoog of omlaag. Zet de zool vast op
de gewenste zaagdiepte door de klemschroef vast te
zetten.
Voor een schonere, veiligere zaagsnede, stelt u de
zaagdiepte zodanig in dat niet meer dan een tandhoogte
door het werkstuk heen steekt. Door de zaagdiepte goed
in te stellen, verkleint u de kans op een potentieel
gevaarlijke TERUGSLAG, en daarmee op persoonlijk
letsel.
Verticaal verstekzagen (zie afb. 10)
Zet de klemschroef van de verstekschaalverdeling aan de
voorkant van de zool van het gereedschap los. Stel de
gewenste verstekhoek in (0° - 45°) door
dienovereenkomstig te kantelen, en draai vervolgens de
klemschroef weer stevig vast.
Zichtlijn (zie afb. 11)
Voor recht zagen lijnt u de positie A op de voorkant van
de zool uit met de zaaglijn. Voor verstekzagen onder een
hoek van 45°, gebruikt u hiervoor positie B.
Aan- en uit-knoppen (zie afb. 12)
LET OP:
• Controleer altijd, voordat u de accu in het gereedschap
steekt, of de aan/uit-schakelaar op de juiste manier
schakelt en weer terugkeert naar de uit-stand nadat
deze is losgelaten.
• Knijp de aan/uit-schakelaar niet hard in zonder de uit-
vergrendeling in te duwen. Hierdoor kan de aan/uit-
schakelaar kapot gaan.
Om te voorkomen dat de aan/uit-schakelaar per ongeluk
wordt bediend, is een uit-vergrendeling aangebracht. Om
het gereedschap te starten, schuift u de uit-vergrendeling
en knijpt u de aan/uit-schakelaar in. Laat de aan/uit-
schakelaar los om het gereedschap te stoppen.
WAARSCHUWING:
• Omwille van uw veiligheid is dit gereedschap uitgerust
met een uit-vergrendeling die voorkomt dat het
gereedschap onbedoeld wordt ingeschakeld. Gebruik
het gereedschap NOOIT wanneer dit draait door
gewoon de aan/uit-schakelaar in te knijpen zonder de
uit-vergrendeling in te duwen. Stuur het gereedschap
voor deugdelijke reparatie terug naar een MAKITA-
servicecentrum ALVORENS het verder te gebruiken.
• U mag NOOIT de uit-vergrendeling met plakband
vastzetten of anderszins de werking en functie ervan te
niet doen.
DE ONDERDELEN MONTEREN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is verwijderd alvorens enige
werkzaamheden aan het gereedschap te verrichten.
Het zaagblad aanbrengen en verwijderen
(zie afb. 13)
LET OP:
• Verzeker u ervan dat het zaagblad zodanig wordt
aangebracht dat de tanden aan de voorkant van het
gereedschap omhoog wijzen.
• Gebruik uitsluitend de Makita-inbussleutel voor het
aanbrengen en verwijderen van het zaagblad.
Als u het zaagblad wilt verwijderen, drukt u eerst de
asvergrendeling helemaal in zodat het zaagblad niet meer
kan draaien, en gebruikt u vervolgens de steeksleutel om
de zeskantbout linksom los te draaien. Verwijder tenslotte
de inbusbout, de buitenflens en het zaagblad. (zie
afb. 14)
Om het zaagblad aan te brengen, volgt u de procedure in
omgekeerde volgorde. ZORG ERVOOR DAT U DE
INBUSBOUT RECHTSOM STEVIG VASTDRAAIT. (zie
afb. 15)
OPMERKING:
• Als de binnenflens per ongeluk wordt verwijderd,
plaatst u de binnenflens zodanig terug dat het
uitsteeksel ervan (de dikkere kant) naar binnen wijst,
zoals aangegeven in de afbeelding.
31