raat uit elkaar genomen wordt, reiniging
van het onderhoudsoppervlak en ge-
schikte bescherming van het personeel.
– De buitenkant van het apparaat moet
ontgift en schoongeveegd worden of
behandeld worden met afdichtingsma-
teriaal vooraleer het uit het gevaarlijke
gebied genomen wordt. Alle onderde-
len van het apparaat moeten be-
schouwd worden als verontreinigd in-
dien ze uit het gevaarlijke gebied geno-
men worden.
– Bij de uitvoering van onderhouds- en
herstellingswerkzaamheden moeten
alle verontreinigde voorwerpen die niet
voldoende gereinigd kunnen worden,
weggegooid worden. Zulke voorwerpen
moeten in ondoorlaatbare zakken en
overeenkomstig de geldende bepalin-
gen betreffende de verwijdering van dat
soort afval verwijderd worden.
– Bij transport en onderhoud van het ap-
paraat moet de zuigopening met de af-
sluitdop afgesloten worden.
WAARSCHUWING
Veiligheidsinrichtingen ter voorkoming van
gevaren moeten regelmatig onderhouden
worden. Dat betekent tenminste één keer
per jaar door de fabrikant of een opgeleide
persoon gecontroleerd worden op een vei-
ligheidstechnisch perfecte toestand, bv.
dichtheid van het apparaat, beschadiging
van de filter, functie van de controle-inrich-
tingen.
– Eenvoudige onderhouds- en controle-
werkzaamheden kunt u zelf uitvoeren.
– De oppervlakten van het apparaat en
de binnenkant van de container dienen
regelmatig met een vochtige doek ge-
reinigd te worden.
GEVAAR
Gevaar door stof dat schadelijk is voor de
gezondheid. Bij onderhoudswerkzaamhe-
den (bv. filtervervanging) ademmasker P2
of meer en wegwerpkledij dragen.
62
IV 100/40 M B1, IV 100/55 M B1
Apparaat met de AAN/UIT-schakelaar
uitschakelen.
Veiligheidsbeugel filterreiniging zij-
waarts zwenken.
Handgreep filterreiniging meerdere ma-
len krachtig omhoog en omlaag bewe-
gen.
Veiligheidsbeugel filterreiniging verti-
caal zetten.
IV 100/75 M B1
Knop „Apparaat uitschakelen" indruk-
ken.
Hendel filterreiniging meermaals heen
en weer bewegen.
Indien die reiniging geen verbetering
brengt, kan de filter weggenomen en ge-
wassen of vervangen worden (zie hoofd-
stuk „Filter vervangen").
Filter verwisselen/vervangen
IV 100/40 M B1, IV 100/55 M B1
Het apparaat met de AAN/UIT-schake-
laar uitschakelen en van het stroomnet
afkoppelen.
Slang naar de zuigturbine aan het on-
derste uiteinde losmaken en uittrekken.
1 Handgreep filterreiniging
2 Veer
3 Veiligheidsbeugel filterreiniging
4 Sluiting
5 Deksel filterkamer
Veiligheidsbeugel filterreiniging zij-
waarts zwenken.
Handgreep filterreiniging afschroeven.
– 8
NL
Filter reinigen