De eenvoudige bedieningshandelingen leren
Stilstaande beelden opnemen
In de stand
(Slim automatisch) analyseert de camera het onderwerp en
biedt u de mogelijkheid een opname te maken met de juiste instellingen.
1
Schakel de camera in door de Aan/Uit-schakelaar op ON
te zetten.
2
Richt de camera op het
onderwerp.
Wanneer de camera de scène herkent,
verschijnen het pictogram van
Scèneherkenning en aanwijzingen op
het LCD-scherm.
(Nachtscène m. statief),
(Nachtportret),
(Tegenlichtopname),
tegenlicht),
(Landschap),
(Spotlight),
(Kind).
3
Bij gebruik van een zoomlens,
draait u de zoomring en
bepaalt u het beeld.
• Optische zoom is niet beschikbaar
op een lens met een vast brandpunt.
(Nachtscène),
(Portret m.
(Portretopname),
(Macro),
(Duister) of
Pictogram en aanwijzingen
Scèneherkenning
Zoomring
NL
21