NL
schadigd worden. Er kan een interne kort-
sluiting ontstaan en de accu doen branden,
roken, exploderen of oververhitten.
■
Voer nooit servicewerkzaamheden aan
beschadigde accu's uit. Service van accu's
dient uitsluitend te worden uitgevoerd door
de fabrikant of erkende servicewerkplaat-
sen.
Bescherm de accu tegen hitte, bij-
voorbeeld ook tegen voortdurend
zonlicht, vuur, vuil, water en vocht.
Er bestaat gevaar voor explosie en
kortsluiting.
■
Gebruik en bewaar de accu uitsluitend bij
een omgevingstemperatuur tussen -20 °C
en +50 °C. Laat de accu bijvoorbeeld in de
zomer niet in de auto liggen. Bij temperatu-
ren <0 °C kan het vermogen afhankelijk van
het apparaat worden beperkt.
■
Laad de accu uitsluitend bij omgevings-
temperaturen tussen 0 °C en +45 °C. Laad
de accu met USB-aansluiting uitsluitend
via deze aansluiting bij omgevingstempe-
raturen tussen +10 °C en +35 °C. Laden
buiten het temperatuurbereik kan de accu
beschadigen of het brandgevaar verhogen.
16
Veiligheidsaanwijzingen