VOORZORGSMAATREGELEN BIJ VORST
Als het apparaat is geïnstalleerd in een gebied waar
de temperatuur lager is dan 0 °C, dan dient u het
resterende water uit de afvoerslang en de
afvoerpomp te verwijderen.
Voer deze procedure ook uit als u de
noodafvoer wilt gebruiken.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder de watertoevoerslang.
3. Schroef de afvoerslang los van de achtersteun
en maak de slang los van de gootsteen of tap.
4. Leg de uiteinden van de afvoer- en
toevoerslang in een opvangbak. Laat het water
uit de slangen stromen.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
INTRODUCTIE
Het apparaat start niet of stopt niet tijdens de
werking.
Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie
tabel). Neem indien dit niet lukt contact op met de
Servicedienst.
Voor sommige problemen zal een geluidsignaal
worden weergegeven. Het rode indicatielampje
van de knop Start/Pauze Départ/Pause knippert en
één van de fase-indicatielampjes gaat branden en
vermeld een alarmcode:
16
5. Als er geen water meer stroomt, plaats de
toevoerslang en de afvoerslang terug.
WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat
de temperatuur hoger is dan 0 °C
voordat u het apparaat opnieuw
gebruikt. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor schade die door
lage temperaturen is veroorzaakt.
•
- Het apparaat wordt niet goed gevuld met
water.
•
- Het apparaat pompt geen water weg.
•
- De deur is open of niet goed gesloten.
Controleer de deur!
•
Het indicatielampje van knop Start/Pauze
Départ/Pause knippert 11 keer rood en 1 (of 2
of 3) keer groen: de stroomtoevoer is onstabiel.
Wacht tot de stroomtoevoer stabiel is en het
apparaat zal automatisch in werking treden.
WAARSCHUWING! Schakel het
apparaat uit voordat u controles
uitvoert.