LXNAV SMARTSHUNT Bedienungsanleitung Seite 55

NEDERLANDS
Shunt parameter
Peukert exponent
Laadefficiëntie
Temperatuurcoëfficiënt
Spanning bij accu vol
(V)
Stroom bij accu vol (A)
Spanning bij lege
batterij (V)
Actie configuratieknop
SoC lage limiet (%)
Table 48: Shunt parameters
Opties
Afhankelijkheid
batterijcapaciteit
ontladingssnelheid. Geldige
waarden 1,0 ~ 1,5
beginwaarde
automatisch ingesteld
basis van de chemie van de
batterij.
De efficiëntie van de oplader.
Geldige waarden 0,6 ~ 1,0 De
waarde wordt voortdurend
gewijzigd tijdens de
levensduur van de batterij.
Afhankelijkheid tussen
batterijcapaciteit en
omgevingstemperatuur.
Geldige waarden 0,0 ~ 1,0
Vlotterspanning van de lader.
De beginwaarde wordt
automatisch ingesteld op
basis van de chemie van de
batterij en de nominale
spanning.
Vlotterstroom van de lader.
De initiële waarde wordt
automatisch ingesteld op
basis van de chemie van de
batterij en de nominale
capaciteit.
Batterij lege spanning. De
beginwaarde wordt
automatisch ingesteld op
basis van de chemie van de
batterij en de nominale
spanning.
Geen actie: WiFi is altijd
ingeschakeld en klaar voor
configuratie;
WiFi-vermogen: druk op de
knop schakelt WiFi in of uit.
Wanneer ingeschakeld, wordt
het automatisch in de
configuratiemodus;
WiFi-configuratie: WiFi is de
hele tijd ingeschakeld, met
druk op de knop
SMARTSHUNT gaat de
configuratiemodus in of uit;
0, 5, 10, 15, 20, 25, 30, 35,
40, 45, 50, 55, 60
Page 55 of 101
Waarschuwingsparameters:
Parameterwaarden in dit menu kunnen vrij
worden geselecteerd
tussen
Wanneer metingen buiten de beperkte waarden
en
vallen, wordt een waarschuwingsbericht naar
het NMEA2000-netwerk verzonden en op het
De
scherm van het Exxx-apparaat weergegeven. De
wordt
lijst met beschikbare waarschuwingen wordt
op
hieronder geschreven:
Parameter
Waarschuwing
Laagspanning
Hoogspanning
Hoge laadstroom
Hoge
ontlaadstroom
Lage temperatuur
Hoge temperatuur
Lage laadstatus
Table 50: Alarm parameter
Druk op ''SAVE'' om uw instellingen
te behouden.
door de gebruiker.
Opties
Waarschuwing
verschijnt wanneer de
spanning op de
batterij onder de
geselecteerde waarde
staat
Waarschuwing
verschijnt wanneer de
spanning op de
batterij boven de
geselecteerde waarde
ligt
Stel de maximale
laadstroom in
Stel de bovengrens in
van de stroom die
door apparaten kan
worden getrokken
Stel een lage
temperatuurlimiet in
voor waarschuwing
Stel een hoge
temperatuurlimiet in
voor waarschuwing
Instellen wanneer de
resterende capaciteit
van de batterij moet
worden gewaarschuwd