• Als de accu moeilijk in de houder gaat, moet u niet pro-
beren om hem met geweld erin te duwen. Als de accu
er niet gemakkelijk ingaat, betekent dit dat u hem niet
op de juiste wijze erin steekt.
De accu opfrissen
• Gebruik de opfrisadapter (los verkrijgbaar accessoire)
om een inactieve accu op te frissen.
• De accu dient eens per week te worden opgefrist.
• Een nieuwe accu of een accu die gedurende lange tijd
niet werd gebruikt, kan soms niet volledig worden
opgeladen. In dat geval dient de accu te worden opge-
frist. Als u dit niet doet, kan de accu de prestaties van
het gereedschap nadelig beïnvloeden omdat de chemi-
sche stof van de accu inactief is.
Controleren van de resterende accucapaciteit
(Fig. 3)
Voor BH9020A, BH9033A
Tijdens het laden
Wanneer het laden begint, zal het eerste indicatielampje
(uiterst links) beginnen te knipperen. Naarmate het laden
wordt voortgezet, zullen de andere lampjes in volgorde
gaan branden om de accucapaciteit aan te geven.
Tijdens het gebruik
Wanneer u het gereedschap inschakelt, gaan de lampjes
branden om de resterende accucapaciteit aan te geven.
Wanneer u het gereedschap uitschakelt, zullen de lamp-
jes uitgaan. Als de accu een lange tijd niet is gebruikt of
opgefrist moet worden, beginnen de oranje lampjes te
flikkeren. Gebruik een Makita opfrisadapter om de accu
op te frissen.
LET OP:
• Als de accu uit de acculader wordt gehaald nadat de
stekker van de acculader uit het stopcontact werd
getrokken terwijl de accu er nog in zat, zal de accu de
acculading niet aangeven als gevolg van een beveilig-
ingsfunctie, zelfs niet nadat de accu in het gereed-
schap is geplaatst en het gereedschap is ingeschakeld.
Als dit is gebeurd, laadt u de accu nogmaals gedu-
rende ongeveer vijf seconden op voordat u deze
gebruikt.
OPMERKING:
• Neem contact op met een erkend Makita-servicecen-
trum of de Makita-fabriek als het waarschuwingslampje
van de accu niet brandt tijdens het gebruik of tijdens
het opladen.
Werking van de trekschakelaar (Fig. 4)
LET OP:
• Alvorens de accu in het gereedschap te plaatsen, moet
u altijd controleren of de trekschakelaar juist werkt en
bij het loslaten naar de "OFF" positie terugkeert.
Om het gereedschap te starten drukt u gewoon de trek-
schakelaar in. Laat de trekschakelaar los om het gereed-
schap te stoppen.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 5)
LET OP:
• Controleer altijd de draairichting alvorens het gereed-
schap te gebruiken.
• Verander de stand van de omkeerschakelaar alleen
nadat het gereedschap volledig tot stilstand is geko-
men. Indien u de draairichting verandert terwijl de
schroefbit nog draait, kan het gereedschap beschadigd
raken.
30
• Zet de omkeerschakelaar altijd in de neutrale stand
wanneer het gereedschap niet wordt gebruikt.
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Druk de omkeerschake-
laar in vanaf zijde A voor rechtse draairichting, en vanaf
zijde B voor linkse draairichting.
Wanneer de omkeerschakelaar in de neutrale stand
staat, kan de trekschakelaar niet worden ingedrukt.
Aanzetten van de lamp (Fig. 6)
LET OP:
• Kijk niet direct in het licht van de lamp.
Druk de trekschakelaar in om de lamp aan te zetten. De
lamp blijft branden zolang als u de trekschakelaar inge-
drukt houdt. De lamp gaat automatisch uit 10 seconden
na het loslaten van de trekschakelaar.
OPMERKING:
• Gebruik een droge doek om vuil op de lamplens eraf te
vegen. Pas op dat u geen krassen maakt op de lamp-
lens, omdat de verlichtingssterkte daardoor kan ver-
minderen.