NEDERLANDS
STAP 4 – De 'finishing touches'
•
Gebruik het apparaat zonder opzetkam voor nauwkeurig trimmen langs de onderzijde
en zijkanten van de nek.
•
Voor een strakke lijn bij de bakkebaarden, draait u het apparaat om. Plaats het
omgedraaide apparaat met de uiteinden van de snijbladen lichtjes in een rechte hoek
tegen de huid en trim naar beneden.
Short Cuts en Crew Cuts
•
Beginnend met de opzetkam voor de langste lengte (25 mm), trimt u vanaf de
achterkant van de nek naar de kruin toe. Houd de opzetkam tegen het hoofd en
beweeg de tondeuse langzaam door het haar.
•
Doe hetzelfde van de onderkant tot de bovenkant van het hoofd. Trim het haar dan
tegen de groeirichting in en maak het gelijk met de zijkanten.
•
Gebruik een opzetkam met een kortere lengte om het haar richting de neklijn te
trimmen.
DE VERVAAGKAMMEN GEBRUIKEN
•
Bepaal voordat u begint in hoeveel stappen u het kapsel wilt laten vervagen. Dit
bepaalt het aantal 'zones' en ook het aantal kammen dat u nodig hebt. Het voorbeeld
op afbeelding B toont 4 zones en vereist daarom 4 kammen (kammen #2, #3, #4 en #5).
1. Selecteer eerst de kortste kam (#2 in dit voorbeeld). Bevestig de kam aan de tondeuse.
Werk in een opwaartse richting vanaf de basis van de haarlijn en ga verder naar elke
kant van het hoofd om de eerste zone te bepalen.
2. Bevestig de volgende kam (#3 in dit voorbeeld) en ga verder vanaf de eerste zone met
een opwaartse en naar buiten gerichte beweging om de tweede zone te bepalen.
3. Herhaal deze techniek met de resterende kammen totdat alle noodzakelijke zones zijn
bepaald.
4. U hebt 'stappen' tussen elke zone waar het haar een verschillende lengte heeft. De
vervaagkammen worden gebruikt om haar dat met twee opeenvolgende kammen is
geknipt, te mengen of te 'verbleken'. Gebruik bijvoorbeeld de vervaagkam #2 – 3 (6 – 9
mm) om haar te mengen dat is geknipt met de #2 en #3 kammen. Vervaagkammen zijn
gemarkeerd met symbolen die aangeven aan welke kant van het hoofd ze worden
gebruikt en in welke richting ze moeten knippen (afb. C en D). Vervaagkammen met het
symbool afgebeeld op afbeelding C worden gebruikt om te snijden tussen zones aan
de rechterkant van het hoofd vanaf de voorkant naar de middenlijn aan de achterkant.
Kammen met het symbool afgebeeld op afbeelding D, zijn voor de linkerkant van het
hoofd.
20