Ingebruikname
• Controleer voorafgaand aan de ingebruikname
de inhoud van het pakket op volledigheid en
eventuele zichtbare beschadigingen.
• Plaats de universele acculader op een onder-
grond die vlak, waterpas, krasbestendig en anti-
slip is.
Opmerking:
dit apparaat is uitgerust met rubberen antislipvoet-
jes. Aangezien meubeloppervlakken van verschil-
lende materialen zijn gemaakt en met de meest ui-
teenlopende onderhoudsmiddelen worden
behandeld, kan het niet volledig uitgesloten wor-
den, dat een aantal van deze stoffen ingrediënten
bevatten, die de rubberen voetjes aantasten en
week maken. Leg indien nodig een antislip onder-
laag onder de voetjes van het apparaat.
• Vergelijk de technische gegevens met die van
uw stroomleverancier. In geval van overeenstem-
ming, sluit u het netsnoer aan op een stopcontact.
De LED's lichten kort één keer rood en groen op.
De universele acculader is nu gebruiksklaar.
Accu's opladen
Gevaar!
Laad uitsluitend oplaadbare accu's van de typen
„Ni-Cd" en „Ni-MH" op. Laad nooit accu's van an-
dere typen of niet-oplaadbare batterijen op. Deze
zijn niet geschikt voor opladen. Anders kunnen de
universele acculader en de geplaatste accu's/bat-
terijen onherstelbaar beschadigd raken. Er bestaat
brand- en explosiegevaar!
Opmerking:
Zorg dat u de accu's met de juiste stand van de po-
len in de oplaadvakken plaatst. Anders worden de
accu's niet opgeladen.
• Plaats de accu's in de oplaadvakken.
• Druk de accu's van het type 9 V-blok in de
oplaadvakken tot ze hoorbaar vastklikken.
Er kunnen individueel 1–6 accu's opgeladen worden:
• 4 x type C of type D in de laadvakken 1 tot 4,
of
• 4 x type AA of AAA in de laadvakken 1 tot 4,
met bijkomend 2 x type 9 Volt accu's in de laad-
vakken 5 en 6.
• De laadprocedure begint nu. De universele ac-
culader beschikt over telkens één LED voor ieder
vak in het laadvak. De LED's van de betreffende
laadvakken geven de laadtoestand aan van de
individuele accu's.
• In de eerste 5 seconden voert de universele ac-
culader een snelle capaciteitstest uit:
- De LED van het laadvak brandt groen:
capaciteit meer dan 90 %.
- De LED van het laadvak knippert groen:
capaciteit tussen 80 % - 90 %.
- De LED van het laadvak brandt rood:
capaciteit minder dan 80 %.
- De LED van het laadvak knippert rood:
de accu is niet correct in het laadvak gelegd of
defect.
Is de capaciteit van de accu vastgesteld, begint de
laadprocedure.
- 12 -