4 De droger bedienen
4.1 Overzicht van het regelsysteem
4.2 De apparatuur starten
1
Zorg dat de isolatieventielen van de inlaat en de uitlaat van de droger gesloten zijn.
2
Controleer de pomp en vergewis u ervan dat de ballastklep en restrictor volledig zijn geopend en dat de diffuser verticaal geïnstalleerd is.
3
Schakel de isolator van de droger IN en controleer of het display gaat branden.
4
Open langzaam het isolatieventiel van de inlaat van de droger en controleer of er geen sprake is van lekkage.
5
Controleer of het ventiel voor systeemdrukontlasting gesloten is.
6
Test de condensaatafvoeren van de filters en controleer of ze het condensaat juist afvoeren in een geschikte container.
7
Druk op de startknop en laat deze weer los. De pomp(en) wordt/worden onmiddellijk ingeschakeld. De droger start echter nog niet
gedurende 10 minuten of tot de pomp(en) een bedrijfstemperatuur van 50
N.B.: de drukmeters op de droger geven geen druk aan tot de droger aanslaat.
8
Open het isolatieventiel aan de uitlaat langzaam zodat het systeem op druk kan komen. Open de klep niet volledig tot het stroomafwaartse
systeem de juiste bedrijfsdruk heeft bereikt.
De droger is ontwikkeld voor voortdurend gebruik en hoeft na het inschakelen niet meer bediend te worden.
Opmerking. Als de stroomtoevoer wordt verbroken tijdens bedrijf, start de droger automatisch als deze weer wordt hervat.
Nr.
Beschrijving
1
Energiebeheerlampje
2
Onderhoudslampje
3
Foutlampje
4
Dauwpuntweergave
5
start/stop
6
Isolator elektrische voeding/noodonderbreking
o
o
C (122
F) bereikt/bereiken.
53