6
GEBRUIK VAN DE EXTERNE BEDIENING
8
!
DSW3: instelling van capaciteitscode
Fabrieksinstelling, dus geen verdere instelling vereist. Deze
dip-schakelaar wordt gebruikt voor het instellen van de
capaciteitscode die overeenkomt met het vermogen (PK)
van de binnenunit.
HP
1.0
ON
Instelstand
1 2 3 4
!
DSW5: instelling koelmiddelcyclusnummer
Deze instelling is vereist. Fabrieksinstelling is UIT.
(koelmiddelcyclusnummer 0)
HP
0
ON
Instelstand
1 2 3 4
4
ON
Instelstand
1 2 3 4
8
ON
Instelstand
1 2 3 4
12
ON
Instelstand
1 2 3 4
6. GEBRUIK VAN DE EXTERNE BEDIENING
6.1. HET INTERVAL VOOR DE FILTER-INDICATOR INSTELLEN
Het interval voor de FILTER-indicator op de schakelaar
van de externe bediening (PC-P1HE) kan worden ingesteld
op ongeveer 100, 1.200 of 2.500 uur (fabrieksinstelling:
1.200 uur). Volg de onderstaande instructies, indien 100
of 2.500 uur nodig zijn.
!
Stap 1: Optionele instelmodus activeren
Druk de schakelaars CHECK en RESET tegelijkertijd
langer dan 3 seconden in terwijl de unit is gestopt. De
bedrijfsmodus verandert in de instelmodus, 'SERVICE'
wordt weergegeven en '
' knippert. Wanneer '
wordt weergegeven, drukt u op of en stelt u '
Druk vervolgens op CHECK. De modus verandert in de
optionele instelmodus.
Knipperend (indrukken of schakelen)
1.5
2
ON
ON
1 2 3 4
1 2 3 4
1
2
3
ON
ON
ON
1 2 3 4
1 2 3 4
1 2 3 4
5
6
7
ON
ON
ON
1 2 3 4
1 2 3 4
1 2 3 4
9
10
11
ON
ON
ON
1 2 3 4
1 2 3 4
1 2 3 4
13
14
15
ON
ON
ON
1 2 3 4
1 2 3 4
1 2 3 4
' niet
' in.
!
DSW7: activering zekeringen
Fabrieksinstelling, dus geen verdere instelling vereist.
Fabrieksinstelling is UIT.
Als er een hoge spanning komt te staan op terminal
1 of 2 van TB2, wordt de zekering (0,5) op printplaat
PCB1 (M) uitgeschakeld. Repareer in dat geval eerst
de bedrading naar TB2 en zet daarna schakelaar 1
op ON (AAN); zie de afbeelding hiernaast.
!
DSW8: (Not used)
Fabrieksinstelling, dus geen verdere instelling vereist.
Fabrieksinstelling is UIT.
OPMERKING:
−
Het symbool ' !' geeft de positie van de dip-
schakelaars aan. In de afbeeldingen worden de
fabrieksinstellingen of de instellingen na selectie
weergegeven.
!
SW1: (Not used)
Fabrieksinstelling, dus geen verdere instelling vereist.
Fabrieksinstelling is "2".
!
Stap 2: Binnenunit voor optionele instelling
selecteren
Wanneer de modus in de optionele instelmodus verandert,
ziet de weergave op het scherm er als volgt uit.
De knipperende weergave van '
Het adres van de binnenunit voor optionele instelling
wordt weergegeven.
Het adres van het koelmiddelsysteem voor optionele
instelling wordt weergegeven.
Selecteer de binnenunit voor het instellen door op of
te drukkenen het adres van de binnenunit aan te geven.
Druk vervolgens op CHECK en de weergave verandert in
de weergave voor optionele instelling:
OPMERKING:
− In het geval dat bij zowel ADDS. (adres) als RN. (nummer
koelmiddelcyclus) '' wordt weergegeven, wordt
dezelfde instelling vastgelegd voor alle binnenunits.
− De niet-aangesloten binnenunits worden niet
weergegeven.
ON
1 2
' stopt.