Nederlands
Slijtage minimaliseren en
schade voorkomen
Het aanhouden van de voorschriften in
deze handleiding voorkomt overmatige
slijtage en schade aan het apparaat.
Gebruik, onderhoud en opslag van het
apparaat moeten net zo zorgvuldig
plaatsvinden als staat beschreven in de
handleiding.
De gebruiker is zelf verantwoordelijk
voor alle schade die door het niet in acht
nemen van de veiligheids-, bedienings-
en onderhoudsaanwijzingen wordt
veroorzaakt. Dit geldt in het bijzonder
voor:
Niet door STIHL vrijgegeven
–
wijzigingen aan het product
Het gebruik van gereedschappen of
–
toebehoren die niet voor het
apparaat zijn vrijgegeven, niet
geschikt of kwalitatief
minderwaardig zijn
Het niet volgens voorschrift
–
gebruikmaken van het apparaat
Gebruik van het apparaat bij
–
sportmanifestaties of wedstrijden
Vervolgschade door het blijven
–
gebruiken van het apparaat met
defecte onderdelen
Onderhoudswerkzaamheden
Alle in het hoofdstuk "Onderhouds- en
reinigingsvoorschriften" vermelde
werkzaamheden moeten regelmatig
worden uitgevoerd. Voorzover deze
onderhoudswerkzaamheden niet door
de gebruiker zelf kunnen worden
144
uitgevoerd, moeten deze worden
overgelaten aan een geautoriseerde
dealer.
STIHL adviseert onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden alleen door
de STIHL dealer te laten uitvoeren. De
STIHL dealers worden regelmatig
geschoold en hebben de beschikking
over Technische informaties.
Als deze werkzaamheden niet of
onvakkundig worden uitgevoerd kan er
schade ontstaan waarvoor de gebruiker
zelf verantwoordelijk is. Hiertoe behoren
o.a.:
Schade aan de motor ten gevolge
–
van niet tijdig of niet correct
uitgevoerde
onderhoudswerkzaamheden (bijv.
lucht- en benzinefilter), verkeerde
carburateurafstelling of
onvoldoende reiniging van de
koelluchtgeleiding (inlaatsleuven,
cilinderribben)
Corrosie- en andere vervolgschade
–
ten gevolge van onjuiste opslag
Schade aan het apparaat ten
–
gevolge van gebruik van kwalitatief
minderwaardige onderdelen
Aan slijtage onderhevige delen
Sommige onderdelen van het
motorapparaat staan ook bij gebruik
volgens de voorschriften aan normale
slijtage bloot en moeten, afhankelijk van
de toepassing en de gebruiksduur, tijdig
worden vervangen. Hiertoe behoren
o.a.:
Zaagketting, zaagblad
–
Aandrijfcomponenten
–
(centrifugaalkoppeling,
koppelingstrommel,
kettingtandwiel)
Filter (voor lucht, olie, benzine)
–
Startmechanisme
–
Bougie
–
Dempingselementen van het
–
antivibratiesysteem
MS 260, MS 260 C